Dag negen
Wat vertelt ons de afbeelding?
Als je de monnik rechts weg denkt, waarschijnlijk de opdrachtgever,
zie je hier het evangelie over de zalving bij Lukas (7, 36-50).
Bouts heeft het goed gelezen.
Een vrouw wast Jezus de voeten. De gastheer maakt zich dik om wat er
gebeurt – Weet die Jezus dan niet wat voor soort vrouw het is die
hem aanraakt?-. Een van de leerlingen wijst de daad van de vrouw af,
maar een tweede – Johannes, gekleed in het rood van de liefde- maakt
aan de priester duidelijk dat hij goed moet kijken.
Jezus, in het paars van het komende lijden, heft de hand in een
zegenend gebaar.
Overweging
Lukas wijkt in zijn verhaal af van de andere evangelisten, die
spreken over de zalving van het hoofd. Johannes plaatst de hele daad
in een zinnig verband: de vrouw heeft de Heer gezalfd (Joh. 11,2).
Geen enkele andere leerling besefte zo goed wat er stond te
gebeuren: de verwerping van Jezus door hogepriester en farizeeën. De
vrouw, Maria Magdalena, wil, omdat niemand anders het doet, de
heilige rite uitvoeren van de zalving van een nieuwe vorst, die het
volk van God mag leiden. Het werd toen niet, en wordt nog steeds
niet beseft door de leiding van onze kerk.
Het evangelie van Lukas brengt in het verhaal zondigheid in, wat de
andere evangelisten in het geheel niet doen, maar de kerk liep met
dat detail weg, en heel lang werd Maria Magdalena op de dag van haar
feest geprezen als bekeerde zondares. Haar grootheid dringt nog
steeds slechts mondjesmaat tot de kerk door. |